De Grêfskriftekommisje

Gepubliceerd op .

Van prille geboortelepel tot aan het laatste afscheid - In de schijnwerper: de Grêfskriftekommisje van de Fryske Akademy

De Grêfskriftekommisje maakt een nauwkeurige inventarisatie van bekende en onbekende grafschriften op de zerken. Dat kan zodra er ergens een kerkvloer uit gaat. Dat leidt tot een bijzondere database, bestaand uit meer dan 10.000 teksten. De kommisje richt zich uitsluitend op Friese bijschriften op objecten, met name dus op grafzerken, maar ook op andere memorabilia zoals geboortelepels – en borden.

 “Vroeger hielden vooral schoolmeesters zich met grafschriften bezig, nu zijn het vrijwilligers met diverse achtergronden die elkaar heel mooi aanvullen”, vertelt Hessel de Walle.

Hessel is een van de vrijwilligers en is ook bestuurslid van de kommisje. Zelf studeerde hij scheikunde, Fries en Scandinavische talen. “We hebben een leuke, informele club van vrijwilligers en samen proberen we de bijschriften te ontcijferen en te duiden.” De Grêfskriftekommisje is onderdeel van het Genealogysk Wurkferbân, opgericht in 1945 als onderdeel van de Fryske Akademy.

Open deuren

“De kerken weten de weg naar de kommisje meestal goed te vinden. Vroeger kwam het wel eens voor dat een kerkbestuur wat huiverig was om de kerkdeur te openen voor de kommisje. Vaak dachten ze dat de opname gevolgen had voor de plannen die ze hadden met de vloer. Dit is absoluut niet het geval”, benadrukt Hessel. De kommisje wil alleen een opname te maken van de stenen door ze te beschrijven en te fotograferen.

Zerken van de Martinikerk

Een aantal malen per jaar maken de vrijwilligers hun agenda’s vrij en rukt de kommisje uit. De laatste keer kwamen zij samen in de Martinikerk in Sneek. Een deel van de zerken was hier al bij eerdere restauraties beschreven, maar niet altijd met foto’s. Ditmaal kwamen er tientallen nog niet beschreven grafstenen aan het licht, die nu uitvoerig konden worden gedocumenteerd. De oudste zerk betreft een priesterzerk uit begin 15e eeuw.

 “Ik verwacht de meest luxe stenen, van de rijkelui, eigenlijk in het middenstuk, dat deel wat bij deze restauratie niet open zal gaan. Wie weet ligt Grutte Pier hier dan ook wel. Het enige wat is overgeleverd, is dat hij in de Martinikerk begraven zou liggen. Maar waar? Dat weten we niet. Dat voedt zich natuurlijk ook weer op het mysterie rondom deze man!”.

IJssouvenir

Inscripties en ijssouvenirs

Hier in Fryslân zijn er veel bijzondere objecten met inscripties. “Denk hierbij bijvoorbeeld aan de zogenaamde ijssouvenirs. Dit zijn gegraveerde objecten zoals lepels of tabakspotten, om te gedenken dat men een bijzondere ijsovertocht had gemaakt. Bijvoorbeeld van Friesland naar Enkhuizen in de 18de/19de eeuw via de voormalige Zuiderzee. Of zelfs naar Vlieland via de bevroren Waddenzee in de extreme winter van 1684. Dat is zo ontzettend typisch Fries, Frieser kan het haast niet.”

“Ook de geboortelepel met inscriptie is eigenlijk best typisch Fries. Deze was met name in de 17e eeuw populair en er zijn er honderden van bewaard gebleven. Buiten de provincie komen ze met inscriptie bijna niet voor. Het lijkt erop dat men er in de regio van Wons en Witmarsum mee is begonnen, waarna het een trend werd die over de rest van Friesland uitwaaierde”

Wetenschappelijk potentieel

“We hebben een grote database die dagelijks wordt uitgebreid, waar eigenlijk te weinig mee gedaan wordt. Er is zoveel potentie voor wetenschappelijk onderzoek naar de Friese geschiedenis. Denk aan de ontwikkeling van familiewapens, de rol van priesterzerken, het ontstaan van de geboorte­lepel, het verband tussen de opkomst van de geboortelepel en de afname van grafbijschriften.”

Verhalen levend houden

Hessel ziet dat de kommisje vergrijst, een verschijnsel waar meer erfgoedorganisaties last van hebben. Gelukkig is er ook wel jonge aanwas. Echt zorgen maakt hij zich nog niet “Je moet natuurlijk wel genoeg aan PR blijven doen, om ook de jongere generaties te trekken. Er is namelijk belangstelling genoeg voor het onderwerp, maar je moet het wel onder de aandacht blijven brengen. Het gaat ook niet om de bijschriften op de objecten, maar juist om het verhaal erachter. Dat wat de dode materie tot leven brengt”, aldus Hessel.

Dit artikel is onderdeel van de Nieuwsbrief Cultureel Erfgoed. Wil je op de hoogte van het laatste Cultureel Erfgoed nieuws blijven? Meld je aan voor de twee jaarlijkse Nieuwsbrief Cultureel Erfgoed via het aanmeldformulier.