Een konijn met een groene staart in de duinen op Vlieland? 'Dat is een Rotterdammer'

Fretteur en konijnendeskundige Michael Moerman toont een van de Rotterdamse konijnen.

Fretteur en konijnendeskundige Michael Moerman toont een van de Rotterdamse konijnen. Foto: Anke Bruin

Voor het eerst zijn op Vlieland konijnen uitgezet om de biodiversiteit een impuls te geven. De al een kwart eeuw kwijnende konijnenpopulatie heeft zaterdag gezelschap gekregen van soortgenoten van de Rotterdamse Maasvlakte.

,,Alle 26 konijnen sprongen kwiek en vief in hun holletje. Ze zijn super actief. So far, so good ”, vertelt Anke Bruin van Staatsbosbeheer. De boswachter spreekt van een glorieus weekeinde. ,,Het was hartstikke spannend. Gelukkig was er dit keer geen vorst, geen ziektes en lukte het met behulp van een fret en een fretteur een aantal konijnen te vangen.”

Volgens tellingen herbergde Vlieland nog zo’n 50 duinkonijnen. Al meer dan 25 jaar groeit de populatie niet, als gevolg van konijnenziektes, maar ook door vergrassing. Konijnen zijn een belangrijke schakel voor de biodiversiteit in de duinen. Met hun gegraas en gegraaf creëren ze ruimte voor andere dieren en planten. Tapuiten, zandhagedissen, duinviooltjes, duinparelmoervlinders en ook orchideeën hebben allemaal baat bij de aanwezigheid van het konijn.

Konijnenziekte

Om deze reden kreeg Vlieland toestemming konijnen bij te plaatsen in het Natura2000-gebied. Voor het zover was, verstreken er vele jaren. Drie jaar geleden stond Staatsbosbeheer klaar om konijnen te vangen op Ameland. ,,Maar toen brak de konijnenziekte myxomatose uit.” Het bijplaatsen van konijnen is toch al een zorgvuldig en ,,hartstikke moeilijk” proces, zegt Bruin. Daarmee zijn allerhande onderzoeken, vergunningen en begeleiding door konijnenexperts gemoeid.

Op de Rotterdamse Maasvlakte is sprake van een overschot aan konijnen, die leven op terrein dat vergelijkbaar is met duingebieden. Uit DNA- en bloedmonsters bleek dat de konijnen geschikt zijn voor uitzet op Vlieland. In een begrazingsgebied - waarvan de exacte locatie geheim blijft, om verstoring te voorkomen - maakte Staatsbosbeheer met hulp van projectleider Pieter Sjoerdsma dertig vluchtholen geschikt voor bewoning. Bruin: ,,We hebben daarvoor vooral oude konijnenholen gebruikt.”

‘Drachtige dames’

Met behulp van wildcamera’s, keuteltellingen en observatie wordt nauwkeurig bijgehouden hoe de uitgeplaatste konijnen zich ontwikkelen. De knaagdieren zijn voorlopig te herkennen aan een groen geverfd staartje. ,,Als je dat ziet, dan weet je: dat is een Rotterdammer.”

De konijnen zijn vrijdag gevangen en zaterdagmiddag losgelaten bij de holletjes, waar hooi voor ze klaar lag. ,,Zo schattig om te zien. Zondag waren alle holen vrij, dus ze waren op verkenning. ‘s Avonds waren sowieso tien holen weer bezet.”

Het is de bedoeling dat de komende twee jaar nog eens twee keer 20 tot 30 konijnen worden uitgezet. Een dergelijke konijnenverplaatsing is eerder gedaan op Schiermonnikoog en in de Noord-Hollandse duinen, maar is nieuw voor Vlieland. ,,Zoals het tot nu toe gaat, loopt het perfect. Een paar dames waren al drachtig. Als alles goed gaat, huppelen hier al gauw baby-konijntjes.”