Succes student met autisme beter te voorspellen
Het studiesucces van studenten met autisme is beter te voorspellen dan het studiesucces van hun studiegenoten, blijkt uit recent gepubliceerd onderzoek van de VU. De hoofdauteur, Theo Bakker, promoveerde vorig jaar op onderzoek naar studenten met autisme. Omdat er nog weinig bekend is over voorspellers van studiesucces voor deze groep studenten, die in omvang toeneemt, ontwikkelden de onderzoekers een voorspellend model dat voor elk jaar van een bachelor-opleiding voorspellende indicatoren geeft.
De analyse werd uitgevoerd op de data van 27.643 eerstejaars studenten die tussen 2010 en 2016 begonnen met een voltijd opleiding aan de VU. Van die studenten hadden 101 de diagnose ‘autisme’; 2645 hadden een andere beperkende eigenschap zoals ADHD of een lichamelijke beperking. In de analyse werden factoren zoals geslacht en leeftijd meegenomen, maar ook resultaten tijdens de vooropleiding, het aantal studies waarvoor een student zich inschreef, of het daarbij om een studie in een STEM-sector ging en hoe vroeg de student zich inschreef.
Volgen van twee studies belangrijkste voorspeller
In de drie jaren van een bachelor-opleiding zijn verschillende indicatoren van voorspellende waarde. Deze indicatoren laten zich vertalen naar de situatie van de studenten met autisme, schrijven de onderzoekers. Zo zijn het al dan niet inschrijven voor een tweede studie en daarna het aantal dagen tussen aanmelding en de start van het academische jaar de belangrijkste voorspellers van het succes van studenten met autisme in hun eerste studiejaar.
De wekelijkse nieuwsbrief is nog korte tijd gratis te ontvangen. De voorwaarden vindt u hier.
Studenten met autisme melden zich gemiddeld op hetzelfde moment in het jaar aan als hun studiegenoten. Als het later is dan gemiddeld, is dit een belangrijke voorspeller van uitval na het eerste studiejaar. Die latere aanmelding kan voortkomen uit problemen met de examens op de middelbare school of moeite met het kiezen van een studie. Het is ook mogelijk dat studenten met autisme minder begeleiding kregen bij de overstap naar de universiteit, schrijven de onderzoekers. Studenten met autisme die gedurende het eerste jaar dreigen uit te vallen, blijken moeite te hebben met de overgang naar de universiteit en het inschatten van hun studiebelastbaarheid.
1 op 4 studenten met autisme valt uit in eerste jaar
In het eerste jaar van de bachelor-opleiding valt bijna een kwart van de studenten met autisme uit. De uitval in het tweede studiejaar wordt daarom vooral voorspeld door leeftijd en het missen van gemiddelde cijfers in de vooropleiding – allebei zaken die duiden op problemen met participatie in en het passen binnen de vooropleiding. Studenten met autisme zijn gemiddeld ouder als ze beginnen in het hoger onderwijs, wat kan duiden op bijvoorbeeld een pestverleden of gebrek aan ondersteuning in het eerdere onderwijs.
Het missen van een gemiddeld cijfer op de middelbare school duidt op uitval uit het reguliere onderwijs, schrijven de onderzoekers. Uit eerder onderzoek blijkt dat tien procent van de studenten met autisme via toelatingstoetsen (en niet via middelbare schoolexamens) de universiteit binnenkomt. Bij studenten met andere beperkingen en studenten zonder beperking ligt dat percentage met respectievelijk 2,6 procent en 2,1 procent veel lager.
Gemiddelde cijfers betere voorspellers dan IQ
Of een student met autisme al dan niet een diploma zal halen in het derde jaar van de bachelor-opleiding wordt het best voorspeld door het gemiddelde cijfer op de middelbare school en het gemiddelde middelbare schoolcijfer voor wiskunde. Een gemiddeld cijfer is een betere voorspeller dan het IQ omdat zo’n gemiddeld cijfer is beïnvloed door de persoonlijkheid van de student en de onderwijsomgeving van de middelbare school. De mate waarin een student met autisme past binnen de universiteit is dus van even groot belang als de intellectuele capaciteiten van deze student, schrijven de onderzoekers.
